Bevolking van Namibië
De bevolking van Namibië is als volgt te beschrijven. In Namibië wonen iets meer dan 2 miljoen mensen. De bevolkingsdichtheid is extreem laag met 2,4 inwoners per vierkante kilometer (de laagste van Afrika). De natuurlijke bevolkingsgroei bedraagt 0,59%.(2006).
- Geboortecijfer per 1000 inwoners is 24,32
- Sterftecijfer per 1000 inwoners is 18,86
De levensverwachting is 43,4 jaar (mannen 44,5 en vrouwen 42,3 jaar. Deze cijfers kunnen sterk wisselen als gevolg van de aidsepidemie. De bevolking van Namibië bestaat voor het grootste gedeelte uit zwarten (87,5%). Er zijn in Namibië 9% blanken. De rest is van gemixte afkomst. Bijna de helft van de bevolking van Namibië behoort tot de Ovambostam, een Bantoevolk dat voornamelijk in het noorden van het land woont. Zij kwamen later in het land dan de oorspronkelijke bewoners. De Khoi-Khoi en de San kwamen al in respectievelijk de vijfde en eerste eeuw na Christus in Namibië. Maar tot deze, later tot Khoisan vermengde, groep behoort nog maar een klein deel van de huidige bevolking van Namibië. In de Kalahariwoestijn woont nog wel een kleine groep San.
Verder komen de volgende stammen voor: de Damara, Herero, Nama, Kavango, Oost-Caprivi en de Kaokovelders.
Taal
Engels is de officiële taal van Namibië. Daarnaast wordt er Afrikaans, Duits, Oshivambo en andere inheemse talen gesproken.
Godsdienst
80-90% van de bevolking is Christen. Hiervan behoort de helft tot de Lutheranen. De rest van de bevolking van Namibië hangt een inheemse godsdienst aan.
Staatsinrichting
Namibië is een parlementaire democratie. Het staatshoofd wordt rechtstreeks voor vijf jaar door het volk gekozen en is eenmaal herkiesbaar. Om voor de eerste president een derde termijn mogelijk te maken werd in 1998 de grondwet aangepast. De president benoemt de premier en de leden van het kabinet, en andere belangrijke functionarissen op sleutelposities. Het parlement bestaat uit de Nationale Assemblee en de Nationale Raad. De Nationale Assemblee telt 72 leden, aangevuld met 8 door de president aangewezen leden zonder stemrecht. De 72 leden van de Nationale Assemblee worden door het volk gekozen voor een periode van vijf jaar. De 26 leden van de Nationale Raad worden door regionale raden gekozen voor eveneens vijf jaar. De Assemblee is verplicht de amendementen van de Raad op de wetgeving in overweging te nemen, maar kan verwerping van een wet met tweederde meerderheid ongedaan maken.
De grondwet van 1990 vormt een sterk fundament voor de Namibische rechtsstaat. De handhaving van fundamentele mensenrechten is verankerd in hoofdstuk 3 van de grondwet; zelfs het voltallige parlement kan aan de inhoud van dit hoofdstuk geen afbreuk doen. De rechterlijke macht is onafhankelijk.
Politiek
In Namibië liggen sinds de onafhankelijkheid de twee volgende aspiraties ten grondslag aan het handelen van de regering:
Het streven naar nationale verzoening;
De transformatie naar een democratische, marktgeoriënteerde samenleving.
Namibië heeft de afgelopen jaren een grote mate van politieke en maatschappelijke stabiliteit gekend. Het apartheidsregime laat weliswaar nog steeds zijn sporen na, en de verschillen tussen arm en rijk blijven enorm. Desalniettemin is er betrekkelijk weinig sprake van raciale spanningen of maatschappelijk protest. Wel geeft de regering regelmatig blijk van een intolerante houding ten aanzien van een diversiteit aan groepen die ‘ onwelgevallig gedrag’ vertonen, waaronder homo’s, Afrikaanssprekenden, (buitenlandse) rechters en de pers.
De belangrijkste prioriteiten van de overheid zijn het tegengaan van armoede en ongelijkheid, het creëren van werkgelegenheid, stimuleren van economische groei en diversificatie en het tegengaan van HIV/AIDS. Een toenemend punt van aandacht is landhervorming. In februari 2004 kondigde de regering aan dat officieel van start zou worden gegaan met het versneld onteigenen van boerderijen en land van blanke commerciële boeren. In 2005 vond een eerste gedwongen onteigening plaats onder het landhervormingsbeleid van de overheid.
Na het behalen van een grote meerderheid van stemmen tijdens de presidents- en parlementsverkiezingen van december 1999, verstevigde de grootste politieke partij, de South West Africa People’s Organisation (SWAPO), haar machtsbasis opnieuw tijdens de presidents- en parlementsverkiezingen van november 2004. Na een regeringsperiode van 3 termijnen onder president Sam Nujoma werd tijdens deze laatste verkiezingen de tijdens het partijcongres van SWAPO in mei 2004 benoemde presidentskandidaat Hifikepunye Pohamba verkozen tot president van Namibië.
Nadat de Democratic Turnhalle Alliance of Namibia (DTA), welke is belast met een verleden van pro Zuid-Afrikaanse politiek, lange tijd als grootste oppositiepartij gold, is deze tijdens de laatste verkiezingen ingehaald door de recentelijk nieuw opgerichte politieke partij Congress of Democrats (COD) onder leiding van dhr. Ben Ulenga. Deze ex-ambassadeur trad, uit onvrede over het steeds eigenmachtiger optreden van president en regeringspartij, uit de SWAPO nadat in oktober 1998 de regeringspartij haar tweederde meerderheid aanwendde om een derde ambtstermijn voor president Nujoma grondwettelijk mogelijk te maken. De winst van de COD komt echter voornamelijk van voormalige DTA aanhangers en vormt geen bedreiging voor de nog steeds almachtige SWAPO. De andere oppositiepartijen opereren op een nauwe, of etnisch bepaalde basis en zijn te klein om een rol van betekenis te spelen.