Bevolking van Zimbabwe
In Zimbabwe wonen ruim 12,5 miljoen mensen (2003).De bevolkingsdichtheid bedraagt ongeveer 3,5 inwoners per vierkante kilometer. De natuurlijke bevolkingsgroei bedraagt 0,83%.(2003).
- Geboortecijfer per 1000 inwoners is 30.34 (2003)
- Sterftecijfer per 1000 inwoners is 22.02 (2003)
- De levensverwachting is 39,0 jaar (mannen 40,1 en vrouwen 37,9 jaar (2003).
- Bevolkingssamenstelling: Het merendeel, 97 procent van de bewoners, is van Afrikaanse oorsprong (Shona, Ndebele). Ongeveer twee procent is van Europese afkomst en het overige deel bestaat uit Aziaten en kleurlingen.
Taal
Officieel is de taal Engels. Maar de bevolking spreekt vooral Shona en Ndebele. Ook worden er nog talrijke lokale talen en dialecten gesproken.
Godsdienst
In Zimbabwe bestaat het merendeel van de gelovigen uit Christenen (±55%). Verder veel mengvormen met inheemse godsdiensten of puur inheemse godsdiensten.
Staatsinrichting
Volgens de grondwet van Zimbabwe staat de President aan het hoofd van de regering en wordt deze gekozen voor een periode van 6 jaar middels vrije verkiezingen; de eerstvolgende presidentiele verkiezingen zijn voorzien in 2008. De wetgevende macht ligt bij het parlement dat bestaat uit de Nationale Vergadering, gekozen voor 5 jaar. De Nationale Vergadering heeft 120 gekozen leden, 8 gouverneurs, 10 traditionele leiders, 12 door de president aangestelde leden, een voorzitter en een Procureur-generaal. De grondwet voorziet in een onafhankelijk rechtssysteem. Pogingen van de oppositie en aantal leden van de ZANU-PF de grondwet op enkele punten te wijzigen en een limiet te stellen aan het aantal termijnen dat een President mag aanblijven, werden aanvankelijk als overbodig door de regering afgewezen. In 1999 is echter toch, onder druk van de maatschappelijke ontwikkelingen, door de regering een constitutionele herzieningscommissie ingesteld. Deze bestond uit vertegenwoordigers van de regeringspartij en een aantal groeperingen uit de samenleving. Deze commissie publiceerde op 1 december 1999 een nieuw grondwetsvoorstel waarin een van de hoofdpunten een hernieuwde deling van de uitvoerende macht betrof via herstel van het premierschap. Daarnaast werd voorgesteld de duur van het Presidentschap (niet van de zittende president) te binden aan maximaal twee termijnen van vijf jaar elk en de bevoegdheden van het Parlement te versterken. Het nieuwe grondwetsvoorstel, met een door de President toegevoegde clausule welke onteigening van grond zonder compensatie mogelijk maakt, werd in februari 2000 per referendum aan de kiezers voorgelegd. Ruim 55% van de kiezers wees het nieuwe grondwetsvoorstel af, niet zozeer primair om inhoudelijke redenen doch vooral als protest tegen het steeds autocratischer bewind van president Mugabe.
Politiek
Sinds het referendum in februari 2000 werd het land geconfronteerd met een steeds heviger “campagne” van intimidatie en geweld in de aanloop naar de parlementsverkiezingen van 24 en 25 juni. Dit speelde zich voornamelijk af op het platteland waar de ZANU-PF traditioneel sterk is, was duidelijk georchestreerd door het bewind, en richtte zich tegen (vermeende) aanhangers van de in 1999 opgerichte oppositiepartij, de Movement for Democratic Change (MDC) onder leiding van de voormalige vakbondsleider Morgan Tsvangirai. Tegelijkertijd werden door fanatieke aanhangers van de regeringspartij een kleine duizend grote commerciële landbouwbedrijven van voornamelijk blanke boeren, langdurig bezet. Deze zet, inspelend op lang bestaande onvrede over uitblijven van een daadwerkelijke herverdeling van grond onder de rurale zwarte bevolking, leek vooral ingegeven door politieke redenen en als afleidingsmanoeuvre van de grote economische problemen waarin het land momenteel verkeert als gevolg van het (wan)beleid van de regering. De verkiezingen zelf verliepen niettemin kalm en in het algemeen correct. De opkomst (ca 60%) was naar Zimbabwaanse maatstaven zeer hoog. De MDC is met 57 zetels in het 150 zetels tellende parlement vertegenwoordigd. De regeringspartij ZANU-PF verwierf 62 zetels. De overige parlementsleden, op een onafhankelijk gekozen lid na, worden door de president benoemd. De uitslag betekende een politieke aardverschuiving, al behield de ZANU-PF haar meerderheid.
Sinds de uitslag van het referendum en de parlementsverkiezingen in 2000 is de politieke situatie in Zimbabwe verder verslechterd. Regeringspartij ZANU-PF en President Mugabe in het bijzonder lijken bereid de economische groei, het welzijn van de bevolking en het internationale aanzien van Zimbabwe, op te offeren aan het behoud van de macht. Inzet was nu het behalen van de winst van de Presidentsverkiezingen in 2002. De President heeft alles in het werk gesteld om zich van herverkiezing te verzekeren; geweld en intimidatie tegen oppositieleden, media en boeren en versneld doorvoeren van restrictieve wetten, die vrijheid van meningsuiting, persvrijheid, stemrecht en juridische bescherming inperken. Ook hebben zich binnen de rechterlijke macht zorgwekkende ontwikkelingen voorgedaan. Met het gedwongen aftreden van de Chief Justice en zijn vervanging door een regeringsgezinde rechter, is de scheiding der machten een gevoelige slag toegediend. Politie en andere ordehandhavers tonen zich vaak weigerachtig of onmachtig om in te grijpen tegen intimidatie en geweld door regeringsaanhangers tegen (vermeende) oppositie-supporters en journalisten van Zimbabwe’s onafhankelijke media.
Een ander instrument dat door ZANU-PF in de presidentiele herverkiezingscampagne is gebruikt is nog immer het landhervormingsproces, dat in 2001 verder werd versneld, met zgn. oorlogsveteranen als stoottroepen. Onduidelijke onteigeningswetgeving en willekeurige besluitvorming door overheden, (vaak straffeloze) intimidatie en geweld door oorlogsveteranen tegen landarbeiders en commerciële boeren, en gebrek aan kennis en middelen onder de nieuwe bezitters van herverdeelde gronden, maken de chaos op het platteland compleet. De oorlogsveteranen breidden hun activiteiten daarnaast ook uit naar de steden, in een poging aldaar verkiezingssteun voor de President te herwinnen, dan wel af te dwingen. Bedrijven kregen te maken met geforceerde werkstakingen, bedreiging en gijzelingen, georganiseerd door een nieuwe, aan de regeringspartij gelieerde vakbond; een aantal besloot de deuren te sluiten.
Op 9, 10 en 11 maart vonden de Presidentsverkiezingen plaats. De opkomst was hoog in de sreden, met als gevolg dat zich voor de stembureaus lange rijen vormden. Het High Court besloot tot een derde verkiezingsdag in Harare en Chitungwiza (waar zich de meeste problemen voordeden met lange rijen kiezers, die niet voor gestelde sluitingstijd hun stem konden uitbrengen). Op 13 maart werd bekend gemaakt dat Mugabe meer dan 55% van de in totaal 3.1 miljoen uitgebrachte stemmen had behaald en daarmee tot nieuwe President was verkozen. Oppositieleider Morgan Tsvangirai verklaarde dat Mugabe’s overwinning niet legitiem was en derhalve door de MDC niet erkend zal worden. Tsvangirai noemde de intimidatie en geweld tegen de oppositie, de kiezers en de onafhankelijke pers, grootschalige obstructie van het verkiezingsproces door de Zimbabwaanse autoriteiten en grootschalige fraude als redenen van de overwinning van Mugabe.
Internationaal is er verschillend op de verkiezingsoverwinning van Mugabe gereageerd. De VS, Europa, de Commonwealth en het SADC Parliamentary Forum hebben het gehele verkiezingsproces alsmede de verkiezingsuitslag veroordeeld vanwege het gebruikte geweld en de mensenrechtenschendingen die plaatsvonden. Veel maar niet alle Afrikaanse landen en organisaties hebben positief gereageerd op de overwinning van Mugabe. Op 17 maart is Mugabe als President ingehuldigd. Europese ambassadeurs hebben bij deze gelegenheid verstek laten gaan. De Commonwealth heeft besloten Zimbabwe voor één jaar te schorsen.
Onder grote druk van de Nigeriaanse President Obasanjo en de Zuid-Afrikaanse President Mbeki zijn begin april besprekingen begonnen tussen de oppositiepartij MDC en regeringspartij ZANU-PF over de politieke situatie en een mogelijke vorm van machtsdeling in Zimbabwe. Er is een gemeenschappelijke agenda overeengekomen, die ondermeer de bespreking van wetgeving, grondwet, legitimiteit van de verkiezingen, het politiek geweld, de economische ontwikkeling en de landkwestie omvat. Op 13 mei as zouden de besprekingen worden voortgezet. Ondertussen lijken overheidsrethoriek en repressie te verharden. Landhervormingen worden geïntensiveerd doorgevoerd, de economische crisis zet door en er is een nijpend voedseltekort.