Zuidwesten van Madagaskar
Het zuidwesten van Madagaskar wordt gekenmerkt door een warm en droog klimaat. Hoe verder u naar het zuiden gaat, des te droger en ruiger wordt het landschap. De vegetatie en het landschap nemen hierbij soms onverwachte vormen aan. U ziet er bossen van baobabs en bush van vetplanten. Maar ook eindeloze ongerepte stranden van wit zand geflankeerd met duinen en een turquoise zee. U ziet er wetlands met mangrove bossen, die een schuilplaats en broedgebied zijn van watervogels.
Het zuidwesten van Madagaskar is het armste deel van het eiland. Maar tegelijkertijd is het een mystieke en fascinerende streek, rijk aan cultuur en traditie. In het zuiden schijnt de zon 365 dagen per jaar. Ondanks de hitte vindt u er paradoxaal genoeg een groene natuur, vooral vanwege de vetplanten, de baobabs en de andere planten, die zich wonderbaarlijk hebben aangepast aan deze dorre omgeving. Het is een omgeving waar u een diep gevoel van respect voor het aanpassingsvermogen van de natuur krijgt.
Vanwege het gebrek aan verharde wegen, de natuurlijke wildernis en de schaarse bevolking vormt dit gebied ideale omgeving voor avontuur en ontdekking. Hoogtepunten voor de bezoeker in dit gebied zijn het nationale park van Ankarafantsika, de grotten van Anjohibe, de Betsiboka rivier, het nationale park van Namoroko, de idyllische Bai de Baly, het nationale park van Bemaraha, de Tsiribihina rivier, de bossen van baobabs en cactussen, het natuurreservaat van Tampoketsa Analamaintso, Lac de Kinkony en Lac Ihotry.