Keetmanshoop

Het plaatsje Keetmanshoop is gelegen op een heuvelrug tussen de Namib-woestijn en Lüderitz in het westen en de Kalahari in het oosten in een streek die wat meer vocht ontvangt. Als u Keetmanshoop ovr de weg nadert ziet u links en rechts steeds meer kokerbomen het landschap sieren. Keetmanshoop is een belangrijk knooppunt voor auto’s en treinen, vanaf hier kunt u zowel naar Windhoek, Luderitz als Zuid-Afrika.

Met 20.000 inwoners is het de grootste stad in het zuiden van Namibië. De stad werd opgericht door de "Rheinish Mission Society" in 1860. De stenen kerk die zij in 1895 bouwden is nu een museum. In de 18e eeuw had het stadje een andere naam: Modderfontein. De Nama noemde de streek meestal Swartmodder. Beide namen refereren aan de rivier, die door Keetmanshoop loopt tijdens en na stevige regens. Het water heeft dan meestal een zwarte kleur door al het modder dat met de regen meekomt.

De bouw van het dorp is begonnen in 1866 toen missionaris Johan Schröder door de Barmen Missie naar Modderfontein werd gestuurd om een kerk te bouwen. Er waren nauwelijks fondsen totdat zakenman Johan Keetman 2000 mark doneerde. Uit dankbaarheid noemde Schröder de plaats Keetmanshoop. Keetmanshoop is aan het begin van de 20e eeuw geleidelijk een redelijk grote plaats geworden. Sinds 1894 had Keetmanshoop een verdedigingsfort. Diverse Duitse soldaten die in de loop van de jaren 1900 - 1910 het leger verlieten, bleven toch in Keetmanshoop gevestigd en probeerden er grond te bemachtigen. In elk geval is Keetmanshoop daardoor wel een plaats geworden met voorzieningen, zoals winkels, banken, scholen, kerken en een ziekenhuis.In de omgeving houden de boeren zich vooral bezig met de schapenteelt. Het karakul schaap heeft als bijnaam het zwarte goud van Namibië gekregen, naar de zwarte vacht van het oorspronkelijk Aziatische schaap. In 1907 zorgde gouverneur van Lindequist ervoor dat de eerste schapen vanuit Duitsland naar Namibië werden geëxporteerd. Het bleek een gouden greep, want het dier bleek goed tegen de droogte en hitte bestand. Bovendien was de kwaliteit van de vacht zo goed dat er binnen de Europese modewereld gretig vraag naar was. De gouden tijden duurde tot de jaren ’70 toen onder invloed van dierenorganisaties de slacht van de jonge Karakul-lammetjes aan de kaak gesteld werd: de dieren werden 24 uur na hun geboorte alweer geslacht. Veel boeren zijn door deze veranderingen failliet gegaan of overgegaan op andere type schapen.

Bezienswaardigheden

In het plaatsje vormt de kerk de belangrijkste bezienswaardigheid. De oorspronkelijke kerk werd in 1890 door een sterke vloed verwoest, waarna de huidige kerk werd opgebouwd. Tegenwoordig is het Keetmanshoop Museum erin gevestigd en is het gebouw een monument. In het museum is een tentoonstelling over de geschiedenis van de stad en de omgeving te zien. Zo is er in de tuin een Nama hut gebouwd naast een ossenwagen. Binnen vindt u overigens tevens een aantal kunstvoorwerpen. Natuurlijk is het binnen ook interessant vanwege de overblijfselen van de kerkelijke tijd zoals de kansel. Het museum is geopend van maandag tot vrijdag tussen 07.00 - 12.30 en 13.30 - 16.30 uur. Toegang is gratis, maar een bijdrage wordt op prijs gesteld.

De meest interessante bezienswaardigheid - de Giants Playground - ligt echter buiten Keetmanshoop. Deze mooie en geheimzinnige naam is gegeven aan een gebied dat vol ligt met bizarre rotsblokken en het nabijgelegen bos met kokerbomen (Quivertree Forest). Kokerbomen komen in geheel zuidelijk Namibië voor, maar nergens in de vorm van een bos zoals bij Keetmanshoop. De enige andere locatie waar een bos kokerbomen staat, is in Zuid-Afrika, nabij Kenhardt.

De kokerboom is eigenlijk geen echte boom, maar behoort tot de familie van de aloë planten. De kokerboom kan een hoogte bereiken van 5 meter en is altijd belangrijk geweest voor de Bushman (bosjesmannen). Zij gebruikten de holle stam als koker voor hun pijlen. De kokerboom groeit eigenlijk altijd tegen of op een stuk rots. Deze rots neemt overdag de warmte van de zon op en geeft deze warmte ’s nachts af aan de boom die daardoor onder constante temperaturen kan doorgroeien. De nachten kunnen namelijk verraderlijk koud zijn, met temperaturen tot of onder het vriespunt. De boom kan zeer goed tegen de droge omstandigheden en slaat het water op in haar takken en stam. Het bos is sinds 1955 een nationaal monument onder de naam Quiver Tree Forest.

Zowel de Giants Playground als het kokerbos zijn gelegen op privé-land dat behoort tot de Gariganus Farm van Coenie en Ingrid Nolte. Het is mogelijk om vanaf hier een bezoek aan zowel het bos als het nabijgelegen Giants Fossil Playground (Tuin der Goden) te brengen. Toegang bedraagt N$ 20 per persoon en 20 N$ voor de auto.

Ook op de nabijgelegen Farm Garas - net ten noorden van de Gariganus Farm - kunt u het kokerbomenwoud bezichtigen. Voordeel is dat dit gedeelte veel minder wordt bezocht.

Bij de Giants Playground ziet u wild op elkaar gestapelde rotsblokken, die inderdaad de indruk geven dat reuzen hiermee gespeeld hebben. De rotsen bestaan uit Doloriet gesteente at ongeveer 180 miljoen jaar geleden ondergronds is ontstaan en door erosie aan de oppervlakte is gekomen.

Fossielentour: het verhaal der continenten

Een fossielentour (ook met kokerbomen!) is mogelijk op de farm Spitzkoppe Ost. De Mesosaurus tour wordt uitgevoerd door de eigenaren van de farm Spitzkoppe Ost. Tijdens de fossielentour laat Hendrik Steenkamp u zien hoe hier duidelijke sporen van de ooit ineengeschoven continenten te zien zijn. Natuurlijk vertelt hij ook over de kokerbomen die in talloze soorten en vormen te zien zijn. Sommige van deze bomen zijn 600 jaar oud. Verder vindt u hier een aantal graven van Duitse soldaten - u zult ongetwijfeld ook iets van deze geschiedenis horen. De nadruk ligt echter op de fossielen. Op de farm is het mogelijk een lunch te bestellen - al is het verstandig er even over te bellen.

Naute Recreation Resort

Het middelpunt van het Naute Recreation Resort - gelegen vlakbij Keetmanshoop - is de op twee na grootste dam van Namibië. Het Naute stuwmeer wordt gevoed door de Lowe rivier. Rond de dam liggen grote roestkleurige rotsen in een landschap van afgetopte bergen. Het is een gebied, dat wemelt van de verschillende soorten vogels, straalt een rustgevende atmosfeer uit en is erg in trek bij watersportliefhebbers, vissers. In de omgeving zijn door boeren verscheidene fokprogramma’s voor springbokken, gemsbokken en struisvogels opgezet.

Routes

Een mooie route leidt door de Grote Karasbergen vanaf Keetmanshoop richting Karasburg. De route ligt aan de oostelijke zijde van de B1. U rijdt hiervoor Keetmanshoop uit via de B1 richting Grünau. Na 70 km gaat u linksaf de C26 op die later via de C11 richting Karasburg gaat.

Naar de Namib & Sossusvlei gaat de snelste route via Mariental en Maltahöhe. Naar Mariëntal gaat de route via asfalt (B1), daarna rijdt u verder over gravel (C19).

U kunt er ook voor kiezen om via Helmeringhausen en Duwisib te rijden. Opnieuw zijn er meerdere mogelijkheden. De eerste is om via de B1 noordwaarts naar Tses te rijden (asfalt) en hier de M98 naar Berseba te kiezen. Volg nu de D 554 en D 414 naar Helmeringhausen om vervolgens de C19 naar Duwisib te nemen. Het alternatief is om eerst vanaf Keetmanshoop via de B4 naar Goageb te rijden en vervolgens noordwaart de C 14 te kiezen via Behanie en Helmeringhausen. Beide routes zijn ongeveer even lang (circa 350 km).