Namib-Naukluft National Park

Namib Naukluft National Park is met ca. 50.000 km² het grootste natuurpark van Namibië. Het strekt zich uit van Swakopmund tot Lüderitz en landinwaarts tot aan de Kalahari en omvat een deel van de Namibwoestijn en het Naukluftgebergte. Door de minimale regenval bestaat het park voornamelijk uit woestijn. Toch leven ook hier dieren en planten, zoals de gemsbok en de welwitschia. Bezoekers hebben toegang tot vier gedeeltes van het park: Sossusvlei, het Naukluft gebergte, de gravelvlaktes tussen de Swakop en Kuiseb rivieren en het duingebied aan de Atlantische Oceaan, rond de lagune van Sandwich Harbour. Een deel van het park - de kuststrook ten noorden van Luderitz - is gesloten voor het publiek vanwege de kwetsbare natuur en het voorkomen van diamanten.

’Namib’ betekent open ruimte en de Namib Desert gaf zijn naam aan Namibië - "het land van de open ruimte". Het park werd opgericht in 1907 toen het Duitse koloniale bestuur het gebied tussen de Swakop River en de Kuiseb River uitriep tot natuurpark. De huidige grenzen van het park werden in 1979 getrokken, door de samenvoeging van het Namib Desert Park, het Naukluft Mountain Zebra Park (opgericht in 1964) en delen van de Diamond Area 1 en een aantal andere stukjes land rondom het gebied die in het bezit van de overheid waren.

Het Namib-Naukluft National Park bestaat uit verscheidene landschappen, waarvan de natste de lagune van de riviermonding bij Sandwich Harbour is. De lagunes, moerassen en wadden gelegen langs de kust trekken honderdduizenden vogels. Achter dit vochtige gebied ligt meteen de verschroeide Namib woestijn.

De winden die de mist brengen zijn ook verantwoordelijk voor de torenhoge zandduinen van het park, waarvan de gebrand oranje kleur een teken is van hun leeftijd. De oranje kleur is in de tijd ontwikkeld doordat ijzer in het zand geoxideerd is, net als roestig metaal; hoe ouder de duin, hoe helderder de kleur. De zandduinen in de Namib zijn de hoogste ter wereld en steken op sommige plaatsen meer dan 300 meter boven de woestijnvlakte uit. De duinen lopen taps af in de nabijheid van de kust.

Het noordelijk deel van het park heeft steenachtige vlaktes die overgaan in een maanlandschap. Meer landinwaarts ligt het Naukluft bergmassief, met z’n monumentale paarsgetinte bergen, rotspoelen en wilde dieren. Een paar onverharde wegen doorkruisen slechts het noordelijk deel en het Naukluft gebergte.

Een verrassende verzameling van dieren overleeft in de hyper-droge regio, waaronder slangen, gekko’s, ongewone insecten, hyena’s, gemsbokken en jakhalzen. Dieren, insecten en planten hebben zich aangepast aan het leven in deze hoofdzakelijk onherbergzame regio. Vocht komt vooral het gebied binnen in de vorm van mist vanaf de Atlantische Oceaan. Er valt gemiddeld slechts 106 millimeter neerslag per jaar, geconcentreerd in de maanden februari en april.